Markt en Nariz del Diablo

Vandaag dus vroeg op. Uiterlijk om kwart voor elf moeten we ons in Alausi melden voor een treinreis over de duivelsneus (Nariz del Diablo). Rodrigo, onze reisleider, heeft echter voorgesteld om eerst naar de weekmarkt in Guamote te gaan. Vandaar het vroege vertrek. Wij waren de enige groep toeristen op de regionale weekmarkt die bijna het hele plaatsje in belag nam.
Heel veel lokale bevolking in kleurrijke kledij.
We begonnen bij het gedeelte waar de levende dieren, met name koeien, verhandeld werden. Dit was in de oude arena van het stierenvechten. De arena stelt niets voor, maar we hadden wel een mooi overzicht van bovenaf. Vervolgens verder het stadje in waar van alles werd verkocht. De handel stond zelfs op het spoor, dat tussen de huizen doorloopt, opgesteld. De trein rijdt hier al een tijdje niet. Helaas hadden we slechts een uur de tijd om hier rond te lopen. We hadden graag wat langer gebleven. Hier beleef je hoe de mensen echt leven.
Door naar Alausi voor de treinrit naar Sibambe. Dit is een toeristische trein met wagons met losse stoelen. De rit gaat over slechts 12 kilometer, maar er wordt wel een hoogte verschil van 500 meter afgelegd. Dit gebeurt gedeeltelijk door heen en weer van de berg af te gaan. De bestemming was niet meer dan een stationsrestauratie waar we wat te eten en drinken konden krijgen. Dit was bij de prijs van de treinreis inbegrepen.
Verder werd er de nodige souvenirs verkocht en kon je voor 1 dollar op een lama zitten en een foto laten maken. Hebben we maar voorbij laten gaan. Het was te toeristisch. Zelf route weer terug en vanaf Alausi met de bus naar Ingapirca.
We zitten nu in een Posada. Dit is een oude haciënda, waar we vanwege de verwachte kou een warmwaterzak hebben gekregen voor in bed.
Morgen gaan we nabij gelegen ruïnes bezoeken en dan door naar Cuenca.